Op vakantie met een

halfintegraal camper

Om het woord ‘halfintegraal’ te begrijpen moet je eerst weten wat met een integraalcamper wordt bedoeld. Dat is een kampeerauto waarbij het rij- en woongedeelte een ‘integraal’ onderdeel vormen. Bij de halfintegraal herken je nog de cabine van het oorspronkelijke voertuig: de bestelwagen.

Bestelbus-cabine
Net als bij de alkoofcamper is de halfintegraal camper gebouwd met een normale bestelbus-cabine. Alleen ontbreekt hier de enorme bult op het dak. Dat levert een veel gunstiger stroomlijn op, met een dito brandstofverbruik. ‘Dat scheelt dus twee slaapplaatsen’, horen we je al denken. Maar… daar hebben de fabrikanten slimme oplossingen voor bedacht in de vorm van tweepersoonsbedden die met een druk op de knop uit het plafond zakken. Eureka!

Slapen
Door zo’n ‘hefbed’ uit het plafond kun je met vier personen op vakantie. Want halfintegraals beschikken ook over vaste bedden aan de achterkant. Je kunt kiezen uit vier varianten: een tweepersoonsbed over de volle breedte van de camper, een tweepersoonsbed tegen een van de zijwanden (zogenaamd Frans bed), een queensbed (in het midden, met aan weerszijden loopruimte) en een populaire variant voor senioren: twee enkele bedden met daartussen loopruimte.

Voor wie
Hoewel de meeste halfintegraals geschikt zijn voor 4-5 personen, worden de meeste aangeschaft door actieve vijftigers. Daarom bieden de campermerken het hefbed meestal aan als optie: ideaal voor als de (klein-)kinderen een weekendje meegaan. Maar je kunt er dus ook voor kiezen het hefbed achterwege te laten. Dat scheelt in de aanschafprijs en het levert je meer stahoogte en extra bagagemogelijkheden op, in de vorm van handige bovenkastjes. En sommige merken monteren op die plek dan een zogenaamd panoramadak: let the sun shine!

Merken campers