8 pretparken met camping!

De zomervakantie is voorbij, dus voor gezinnen met jonge kinderen kan de blik alweer vooruit naar de volgende vrije periode. Bij deze de ultieme tip voor de herfstvakantie! Waarom één dagje naar een pretpark gaan, als je er ook gewoon kunt kamperen? We zetten de beste opties voor je op een rij, in binnen- en buitenland.

1. Legoland in Denemarken: vanaf Utrecht een uurtje of 7 rijden, dus prima te doen voor een paar dagen weg. Naast het park ligt het eigen Holiday Village van Legoland met huuraccommodaties en met zo’n 200 kampeerplaatsen. Er is een supermarkt en je kunt er ook elke ochtend aanschuiven voor een ontbijtbuffet. De ingang van het pretpark ligt op slechts 400 meter afstand. Je verblijf hoeft niet beperkt te blijven tot Legoland zelf, want direct naast de camping ligt ook nog eens het subtropisch zwemparadijs Lalandia, inclusief onder andere minigolf en bowlingbanen. Voordeeltje voor campinggasten: op zondag mag je een uurtje voor opening al het pretpark in!
2. Europa-Park in Duitsland: een van de grootste pretparken van Europa, in het zuidwesten van Duitsland. Pal ernaast, letterlijk onder de rook van de achtbanen (zie foto boven) ligt de Europa-Park Camping, op slechts 5 minuten van de hoofdingang. Je kunt er onder andere terecht in Western-restaurant en voor campers zijn er verharde plaatsen. Verder: broodjesservice, overdekte speeltuin en een tennisbaan. Nieuw bij Europa-Park is het werkelijk gi-gan-ti-sche subtropisch zwemparadijs Rulantica, dus ook hier kun je je met gemak meerdere dagen vermaken met het hele gezin.
3. Duinrell in Wassenaar: lekker dichtbij huis en op een steenworp van de kust en van Den Haag, in een bosrijke omgeving. Camping Duinrell en het pretpark zijn eigenlijk één: je staat letterlijk binnen een minuut tussen de attracties en bij het Tikibad. Campinggasten krijgen flinke korting op het de entree voor dat zwembad en de entree tot het pretpark is inbegrepen in de overnachtingsprijs! De camping beschikt over honderden plaatsen op maar liefst 12 velden.
4. Beekse Bergen in Hilvarenbeek: waan je op de Afrikaanse savanne, rij ’s middags met je camper tussen de leeuwen en giraffen en zet ‘m op het einde van de dag naast het safaripark op een van de plaatsen van Lake Resort Beekse Bergen. De kinderen hebben ook nog eens gratis toegang tot het grote Speelland. Er is ook animatie, een zwembad en een restaurant.
5. Plopsaland in De Panne: bij onze Zuiderburen vind je naast het pretpark van Kabouter Plop het geheel vernieuwde Plopsaland Base Camp. Met ruime plaatsen en modern sanitair, en op korte afstand van de Belgische kust. Je kunt ook terecht in waterparadijs Plopsaqua.
6. Legoland in Duitsland: net als het origineel in Denemarken heeft het Duitse broertje ook een eigen camping. Het park en de Legoland Campsite liggen in Beieren, grofweg tussen Stuttgart en München. De 165 kampeerplaatsen zijn ongeveer 75 vierkante meter groot en je kunt gebruikmaken van de faciliteiten van het bijbehorende Holiday Village, met restaurants, speeltuinen en een bowlingbaan.
7. Disneyland Parijs: helaas… het grootste park van Europa heeft géén eigen camping. Uiteraard zijn er in de buurt wel voldoende alternatieven op relatief korte afstand te vinden, maar dus geen kampeerplek waar vandaan je te voet Disneyland in kan lopen. Ga je meerdere dagen die kant op? Kijk dan even wat verder, want in en om het centrum van Parijs liggen ook campings en die zijn dan weer uitermate geschikt om de stad te ontdekken. Bijvoorbeeld Camping de Paris in het Bois de Boulogne, aan de Seine.
8. Fien en Teun campings: de kleine boerderijkinderen hebben intussen met Avonturenboerderij Molenwaard een eigen pretpark, maar daar kun je niet kamperen. Maar er zijn wél 15 Fien en Teun boerencampings in het hele land; bij de ene camping kunnen kinderen helpen in de grote moestuin, terwijl ze bij een andere camping de herten mogen voeren, de pony’s borstelen of marshmallows gaan roosteren bij het kampvuur. Alle jonge campinggasten ontvangen een welkomstpakketje en een avonturenboek met opdrachten.