Camper, caravan, vouwwagen…
Wat kost dat nou?

De coronapandemie heeft veel hotel- en vliegvakanties in het water gegooid, maar kamperen kreeg juist een boost: de campings in Nederland stonden overvol. Maar wat kost dat nou, zo’n kampeervakantie met een caravan, camper of vouwwagen?

CORONAPROOF ONDERWEG
Je eigen veilige reis-cocon – zo worden de camper en de caravan inmiddels ook wel genoemd. Je kunt ermee op vakantie zonder afhankelijk te zijn van faciliteiten op de camping: campers en caravans hebben een woongedeelte, je kunt erin slapen, de keuken is compleet uitgerust tot en met stromend water plus koelkast en veruit de meeste caravans en álle campers hebben een eigen badkamer waarin je ook prima kunt douchen. Dus toen afgelopen voorjaar de sanitairgebouwen van de campings verplicht op slot moesten… toen kon je nog prima met de camper of caravan terecht. In de aanloop naar de zomer ontstond mede daardoor een run op huurcampers en -caravans en veel nieuwkomers maakten in de maanden juli en augustus voor het eerst kennis met het campingleven. En: dat smaakte naar meer, zo merkten wij in onze mailbox, waarbij we regelmatig vragen krijgen over de kosten als je zelf een caravan, camper of vouwwagen gaat aanschaffen. In deze blog leggen we dat uit.

DE OERVORM VAN KAMPEREN: MET DE TENT
De oervorm van kamperen in met de tent. Lekker basic, slapen op een ‘inflatable’ matje, tot over je oren wegduiken in een comfortabele donzen slaapzak: het klinkt misschien als ontbering, maar met de juiste spullen is dat complete onzin. In de meeste kampeershowrooms kun je proefliggen en ons advies is om te investeren in een goede slaapmat, want niets is zo vervelend als een beroerde nachtrust. En inderdaad: die matjes zijn prijzig, maar ze gaan jaren mee en sommige fabrikanten geven levenslange garantie. Reken voor een kwalitatieve inflatable slaapmat (matjes die zichzelf opblazen) op 100 euro – ga je meerdere seizoenen op pad, dan loont het om een geïsoleerd slaapmatje te kopen. Je slaapt immers op de grond en optrekkende kou wordt dan geblocked door hoogwaardige, ingebouwde aluminium folies en een vulling van (bijvoorbeeld) dons – je hoéft echt niet in te boeten op slaapcomfort als je met de tent op pad gaat. Slaapzakken heb je ook in allerlei kwaliteiten – je kunt het dus zo gek maken als je wilt. Als beginnend kampeerders kun je starten met een eenvoudige tent en als je het kampeervirus eenmaal te pakken hebt, dan kun je investeren in een goede tent – meer daarover lees je hier. Prijzen van tenten lopen uiteen van 200 tot 2000 euro. En met name in die laatste categorie moet je niet verbaasd zijn als je tent zomaar 15 tot 20 jaar meegaat. Bij komende kosten? Kookgerei uit de kampeershop, een paar lichtgewicht stoeltjes plus een tafeltje. Geen stallingskosten, geen verzekering: kamperen met de tent is de voordeligste vorm van vakantievieren. Overnachten op een camping kost je tussen de 15 (voorseizoen, of boerencampings) en 35 euro, gerekend met twee personen.

EEN STAPJE LUXER: DE VOUWWAGEN
De volgende stap is de vouwwagen: een stapje luxer dan de tent. Je slaapt niet meer op de grond, je hoeft niet meer liggend een spijkerbroek aan te trekken (vouwwagens hebben stahoogte) en dat charmante wiebelgaspitje is vervangen door een goed geoutilleerde buitenkeuken (soms standaard, soms tegen meerprijs). Vouwwagens onderscheiden zich in snelle opzetters (voor rondtrekvakanties) en ruimtewonders waar je met een groot of samengesteld gezin (tot 8 personen) in kunt kamperen. En sommige merken combineren beide. Prijzen starten bij zo’n 5.500 euro. Vouwwagens zijn meestal voorzien van lattenbodems en comfortabele matrassen. Je eigen kampeeruitrusting komt daar dus bij (kookgerei, stroomkabel, slaapzakken of het dekbed van thuis), plus – als je wilt – een eigen draagbaar chemisch toiletje, dat je om de 3-4 dagen leegt op een speciale stortplaats bij het campingsanitair – niet het fijnste klusje, maar je wordt daar snel handig in. Een alternatief voor tent of vouwwagen is overigens de daktent, die enorm populair aan het worden is. Prijzen vanaf zo’n 1.500 euro en de matras is meestal all-in. Bijkomende kosten voor de vouwwagen: stalling. De daktent past misschien nog wel in je garage en veel vouwwagenmerken hebben speciale beugels waarbij je je vakantieknuffel op z’n kant tegen de garagemuur parkeert. En anders moet je op zoek naar een stalling in de buurt. Je rekent meestal af per (vierkante) meter; ga uit van 150 tot 300 euro per jaar. Bijkomende kosten voor een vouwwagen: je auto moet natuurlijk voorzien zijn van een trekhaak en je kunt je vouwwagen verzekeren (circa 160 euro) maar dat is niet verplicht. Campingovernachtingen kosten tussen de 15 (voorseizoen, of boerencampings) en 55 euro, gerekend met twee personen en afhankelijk van het luxeniveau van de camping, want er zijn ook uitschieters naar 70 euro of meer. Meer over vouwwagens lees je hier.

CORONAPROOF OP VAKANTIE: MET DE CARAVAN
Je eigen huisje op wielen: dat is de caravan en die heb je in verschillende soorten. Caravans zijn uitgerust met lattenbodems en comfortmatrassen, een keuken plus koelkast, een knusse zithoek en een badkamer die vaak optioneel is uit te rusten met douchemogelijkheid – bij sommige caravanmerken is dat zelfs standaard. Dat maakt je caravan dus helemaal coronaproof, want je bent niet meer afhankelijk van het sanitairgebouw op de camping. Caravans in het instapsegment starten met een nieuwprijs van zo’n 11-12 duizend euro, een compleet uitgeruste middenklasser heb je voor 17 mille en over tweedehands lees je hier meer. Bijkomende kosten: stalling (150 – 400 euro per jaar), je betaalt per meter of vierkante meter, plus verzekering. Let op: die verzekering is niet wettelijk verplicht, want als de caravan (of vouwwagen) is aangekoppeld valt hij onder de verzekering van de auto. Als je schade maakt aan anderen, dan is dat dus gewoon gedekt. Maar schade aan je eigen caravan, of diefstal, is niet verzekerd. We adviseren dus om wél een verzekering te nemen, reken op circa 250 euro per jaar voor een allriskverzekering, waarbij de caravan meestal 3 tot zelfs 5 jaar tegen nieuwwaarde (!) is verzekerd. Verder moet je je caravan wel regelmatig een onderhoudsbeurtje laten geven, waarbij het remsysteem, opbouw en gas worden gecontroleerd en onderhouden. Eens in de twee jaar is (bij normaal gebruik) meestal voldoende – gebruik je de caravan intensiever, dan kan hij beter elk jaar even naar de caravandealer. Reken op circa 300-350 euro. En daar komt dan elke 6 jaar nog een setje nieuwe banden (200 euro) bij. Als je een nieuwe caravan hebt gekocht, dan moet-ie jaarlijks langs de dealer voor een vochtinspectie, om aanspraak te blijven houden op de 6 tot zelfs 12 jaar garantie tegen vochtinwerking. Die inspectie kost je een paar tientjes. Verder komt je kampeeruitrusting er nog bij (bestek, kookgerei etc), de dekbedden kunnen eventueel van thuis mee. Andere bijkomende kosten: gasfles (35 euro), stroomkabel (35 euro), luifeltje (150 euro) of een voortent (vanaf 400 euro). Vroeger betaalde je een beetje wegenbelasting, maar dat is allang niet meer zo. Nu betaal je in sommige landen tol of heb je een vignet nodig om over de snelwegen te mogen rijden. En natuurlijk heeft je auto een trekhaak nodig. Reken verder voor een campingovernachting op 15 euro in het voorseizoen (of boerencampings) en 55-75 euro in het hoogseizoen, gerekend met twee personen.

ONAFHANKELIJK REIZEN: MET DE CAMPER
Avontuurlijke tochten, gaan en staan waar je wilt, elke dag je neus achterna… De populariteit van de camper is de laatste jaren omhooggeschoten. Een kampeerauto biedt je nog meer vrijheid dan de caravan, want je kunt behalve op campings ook op speciale camperplekken overnachten: bij een leuk dorpje, een jachthaven of een restaurant. Dat is ook meteen een stuk voordeliger dan op de camping. Er zijn duizenden gratis camperplekken in heel Europa en op andere camperplekken betaal je een tientje of 15 euro, vaak met een betaalautomaat. Je kunt dus aankomen en vertrekken wanneer je maar wilt, want camperplekken kennen (doorgaans) geen openingstijden en je staat nooit achter een slagboom. Kampeerauto’s zijn er in allerlei soorten. Een nieuwe camper start bij zo’n 60 duizend euro en dan heb je een compleet uitgerust vakantievoertuig onder de koninklijke billen: keuken, slaapgedeelte voor 2-4 personen, knusse zithoek en een badkamer met douche. En daarmee ben je dus helemaal onafhankelijk, ook in coronatijd. Bijkomende kosten: kookgerei, bestek, dekbedden. En verder een luifel (1.400 euro), stroomkabel (30 euro), gasflessen (70 euro) en daarmee kun je al op pad. Reken voor de verzekering 1.000 euro, wegenbelasting 800 (het zogenaamde ‘kwarttarief’: je betaalt 3 maanden, de andere drie kwartalen zijn gratis), elk jaar een beurtje van 400 euro en elke 6 jaar een setje nieuwe banden (600 euro). De meeste campers hebben een verbruik van 1 op 10 en onderweg komt daar mogelijk nog tol of een tolvignet bij. En zo kun je het hele jaar genieten van de vrijheid die kamperen je biedt: elk weekend opnieuw, want zo’n camper pak je nou eenmaal sneller dan een caravan. Voor stedentrips, vakanties, een lekker dagje wandelen of familiebezoek aan de andere kant van het land. Want ’s avonds stap je lekker weer in je eigen bed 😉

Op de merkpagina’s van Camp-to-Go kun je meer lezen over de verschillende modellen van de diverse merken caravans, campers en vouwwagens en als je ‘ns wilt rondkijken in een showroom bij jou in de buurt? Die vindt je hier. Handig is ook dit overzicht van alle occasions van Nederland.

Heb je verder nog vragen? Mail ons gerust op info@camp-to-go.nl